Saint-Estèphe is de noordelijkste appellatie van de Haut-Médoc en grenst in het zuiden aan Pauillac. Saint-Estèphe is de grootste appellatie van de Médoc, maar heeft desondanks niet zoveel Grands Crus Classés binnen zijn grenzen. Twee 2e Crus domineren de productie: Château Cos d’Estournel en Château Montrose. Waar Saint-Estèphe echter wel bekend om staat, zijn de vele Crus Bourgeois: de appellatie heeft er meer dan alle andere Médoc-appellaties bij elkaar.
Saint-Estèphe heeft een iets koeler terroir dan de andere appellaties van de Haut-Médoc. Hier wordt vaak dan ook het laatst geoogst. Saint-Estèphe ligt dicht bij de rivier Gironde, van waar het land subtiel glooiend naar boven loopt. De bodem bevat de voor de Médoc zo typerende kiezels, maar ook meer klei dan in Pauillac, Saint-Julien en Margaux het geval is. Deze klei houdt vocht vast, wat Saint-Estèphe een enorm voordeel geeft in droge, warme oogstjaren.
Cabernet Sauvignon gedijt hier het beste op de kiezelbodems, maar de aanplant Merlot is in de afgelopen jaren gegroeid, omdat deze het beter doet op de koelere, zanderige kleibodems.
Saint-Estèphe geeft krachtige, gestructureerde wijnen. Waar vroeger het gebied nog wel eens bekend stond om rustieke wijnen, is dat allang niet meer het geval. Door betere vinificatiemethodes, rijper fruit en de het toenemende aandeel Merlot in de blends zijn de wijnen tegenwoordig nog steeds intens en streng van karakter, maar nooit meer hard.
Foto's, met de klok mee, beginnend linksboven: Château Cos Labory, Château Cos d'Estournel, Château Lilian Ladouys, Château Calon-Ségur.
