"Uitvinder van de Brunello" Brunello di Montalcino werd voor het eerst op de kaart gezet door Ferrucio Biondi Santi rond 1870. Weliswaar wordt er al sinds 1302 wijn gemaakt, maar de echte doorbraak kwam rond 1880. Zoon Tancredi ontwikkelde de “Tenuta del Greppo” verder en tegenwoordig is Franco Biondi Santi (88 jaar) de verantwoordelijke. Het bezit is 150 ha groot waarvan slechts 25 ha beplant zijn met druiven en ligt op de heuvels van Montalcino. De Sangiovese Grosso BBS 11 is de druif die ontwikkeld is door Biondi Santi (BBS=Brunello Biondi Santi) en is de enige druif ter wereld die naar een familie genoemd is. Het is de standaarddruif voor alle grote Brunello’s. De wijngaard ligt op 500 meter hoogte met een zuidelijke- en zuidoostelijke ligging. De wijnen worden traditioneel gemaakt van druivenstokken die 25 jaar (annata) of 25 tot 75 jaar oud zijn (riserva; alleen in exceptionele jaren). Ze ouderen 3 tot 4 jaar op grote Slavonische eiken vaten van soms wel 100 jaar oud en daarna volgt nog enkele jaren rijping op fles om pas na 5 tot 6 jaar op de markt te komen. Er worden per jaar niet meer dan 80.000 flessen gemaakt en de Brunello’s van Biondi Santi kunnen gemakkelijk 20 tot 100 jaar oud worden. Franco Biondi Santi opent zijn wijnen het liefst 8 uur voor consumptie. Wanneer de wijn niet beantwoord aan de extreem hoge eisen of als hij komt van jonge wijngaarden, dan wordt hij als Rosso di Montalcino verkocht. De Brunello van Biondi Santi wordt als de allergrootste beschouwd, de Romanée Conti van de Toscane.
De wijnen worden gedronken door de groten der aarde. In 1999 werd de Brunello van Biondi Santi door Wine Spectator als één van de beste 12 wijnen ter wereld gekozen (samen met o.a. Petrus, Yquem, Romanée Conti en Penfold Grange). In 1988 werd een grote proeverij georganiseerd met een selectie van 100 jaar Biondi Santi wijnen, waarbij wederom duidelijk werd dat de Brunello’s van Biondi Santi een zéér lange levensduur hebben.